Kamerbrief over verbeteren aansluiting mbo-arbeidsmarkt schetst noodzaak en toont acties en goede voorbeelden

Het ministerie van OCW werkt samen met onderwijsinstellingen, studenten, docenten, bedrijven en gemeenten hard aan het uitwerken en uitvoeren van de Werkagenda mbo. Daarin is het verbeteren van de aansluiting tussen het mbo en de arbeidsmarkt prioriteit. In een brief die minister Dijkgraaf op 13 december aan de Kamer stuurde, gaat hij uitgebreid in op de uitdagingen, ondernomen acties en mogelijke oplossingsrichtingen. Zo noemt hij onder meer het programma Gaan voor een Baan! en de daarbij horende AanDeBak-garantie uit Rotterdam-Zuid als voorbeeld van een succesvolle aanpak. 19 burgemeesters hebben inmiddels afgesproken eenzelfde soort project in hun gemeente uit te rollen.

In de vorige week verstuurde Kamerbrief besteedt minister Dijkgraaf ruimschoots aandacht aan de aansluiting van het middelbaar beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt. In de brief analyseert de minister waarom de krachtige aansluiting tussen het mbo en de arbeidsmarkt nog beter moet en kan. Zo stelt hij onder meer dat er veel mbo-talent nodig is om de maatschappelijke opgaven van Nederland in goede banen te leiden. In de brief licht Dijkgraaf verschillende acties uit de Werkagenda mbo toe waarin hij, samen met partners in het mbo, het verbeteren van de aansluiting al tot prioriteit heeft gesteld. ‘Samen met de partners maak ik vaart met het uitwerken en het uitvoeren van de afspraken uit de Werkagenda mbo, zodat we studenten, onderwijsinstellingen en werkgevers concreet vooruithelpen. Alle mbo-studenten verdienen namelijk een kansrijke toekomst’, schrijft de minister.

Acties Werkagenda mbo

Studenten worden bijvoorbeeld extra geholpen bij het kiezen van een opleiding en krijgen betere begeleiding. Scholen en bedrijven krijgen middelen om de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verder te verbeteren. Bijvoorbeeld met de subsidieregeling Regionaal Investeringsfonds mbo (RIF), waar onderwijs, regionale overheden en bedrijven samen projectvoorstellen indienen om mbo-studenten al tijdens hun studie te laten werken met de nieuwste technieken en methoden. Projecten maken meer kans op subsidie naarmate ze meer bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke opgaven.

Baangarantie

Een mooi lokaal voorbeeld van succesvolle samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven is de AanDeBak-garantie uit Rotterdam Zuid. Met dit programma krijgen jongeren voor specifieke opleidingen een baangarantie: jongeren starten een opleiding met al een baan op zak. Voorwaarde is wel dat ze hun opleiding afronden. Het succes van Rotterdam heeft andere gebieden, verspreid over heel Nederland, geïnspireerd om ook te starten met dit project. 19 burgemeesters hebben afgesproken om in hun gemeente, samen met scholen en regionale werkgevers, te kijken hoe een project met baangarantie en LOB-programma vanaf de basisschool uitgerold kan worden. Deze burgemeesters werken samen in het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid, bestaande uit 20 stedelijke gebieden met in totaal ruim 1,2 miljoen inwoners. Dijkgraaf is blij met de stap van de burgermeesters: ‘Het geeft jongeren in een omgeving waarin dat niet vanzelfsprekend is een vliegende start, helpt tekorten op de arbeidsmarkt tegen te gaan en sluit discriminatie bij het zoeken naar een stage of baan uit.’

In de toekomst: scherpere keuzes vanuit de Rijksoverheid?

Om er in de toekomst voor te zorgen dat alle mbo’ers kansrijk worden opgeleid én Nederland niet vastloopt, ziet Dijkgraaf dat er nóg meer moet gebeuren. Om te weten hoe de overheid beter kan sturen, laat hij daarom het effect van mogelijke maatregelen onderzoeken. Denk aan het vergoeden van schoolkosten voor studenten die een opleiding volgen voor een van de tekortsectoren, het instellen van een numerus fixus voor opleidingen waar minder vraag vanuit de arbeidsmarkt naar is, of het inzetten van baangaranties en het verlagen van lesgeld voor bepaalde opleidingen. Dijkgraaf verwacht dat het onderzoek in de zomer van 2024 gereed is.